Nieuwsbrief Nr. 82 - juli 2014

Niks: Campo Santo, niks: Père Lachaise: kerkhof van Sint-AmandsbergWBP: An Hernalsteen zet een en ander recht.


Het was weer van dat: hoewel duidelijk gecommuniceerd werd dat er bijeengekomen werd aan de parking vóór de kerk stonden er weer een aantal boven aan de kapel. Maar blijkbaar zijn Gentenaars potdoof want vóór de kerk stonden er bijna twintig te wachten zoals voorzien “voor de kerk”. Eén Gents kieken zegt dan dat er aan de kapel bijeengekomen dient te worden en alleman stapt er achter aan tot boven … aan de gesloten poort. Of “wie niet horen wil moet voelen”. Nadat An hen, nogmaals, wijs gemaakt heeft dat ze hier moesten zijn trokken meer dan dertig geïnteresseerden naar binnen. Voor de tweede keer die dag zou het over markante vrouwen gaan.

Nadat An weer vroeg of iedereen de geschiedenis van het kerkhof kende waarop er toch weer enkele waren die ze niet kende ging An van start met een korte geschiedenis. Tot 1847 hing Sint-Amandsberg af van Oostakker. De opkomst van de industrie maakt dat het bewonersaantal van Sint-Amandsberg groter wordt dan dit van Oostakker. Pastoor Van Damme bespeelt, via religieus lobbywerk, de politici. Hij laat grafkelders bouwen voor de rijken. Dan maakte An, op haar eigen manier, komaf met een aantal beweringen. Sint-Amandsberg een Campo Santo : niks van aan zegde ze: een Campo Santo is zoals in Pisa: een bakstenen ommuring met een gaanderij en twee elkaar kruisende paden die vier perken vromen. Het enige Gentse Campo Santo is Mariakerke! Nu was er toch een slimmerik in het gezelschap die zich afvroeg waarom het dan Campo Santo genoemd werd? Onze Gentse furie glunderde toen ze kon zeggen, naar ondergetekende wijzend, allemaal de schuld van een Antwerpenaar! Hendrik Conscience die bij de herinhuldiging van het graf voor Jan Frans Willems sprak over een Campo Santo. Jan Frans Willems  werd dan weer terecht gewezen omdat hij ooit sprak over Sint-Amandsberg als het Gentse Père Lachaise! Niks van aan zegde An: de Gentse Westerbegraafplaats dat is het Gentse Père Lachaise en verder mogen Brussel/Evere; Brugge/Assebroek en, oef, het Antwerpse Schoonselhof zich Père Lachaise noemen. Laatste rechtzetting van An: de Vlaamse heldenheuvel dan?  “Mijn oor. Jan Frans Willems lag aan de Dampoort en het Reinaardverhaal speelt zich, volgens de overlevering, af op Sint-Amandsberg vandaar dat Willems hier begraven werd. Conclusie van het orakel van Gent: Sint-Amandsberg: een ordinair, gewoon kerkhof! Wat moest gezegd worden.
We starten bij dichter Karel Ledeganck waar An fijntjes vertelde dat zijn echtgenote op “haar” Wester begraven ligt. Vandaar naar de engel van Gent Marie de Hemptinne.  De enige uit deze adellijke familie die Gents sprak om met de arbeiders te kunnen communiceren. Tijdens de choleraepidemie van 1846 stond Marie die mensen bij maar liet daar het leven bij. Zij werd begraven op de Brugse Poort. Tien dagen na de inhuldiging van Sint-Amandsberg werd zij hier begraven onder een neogotisch monument. Bij De Smet – Raes zat An met een mysterie. Zij had het over jongetjes die van geslacht veranderden? Bij een drietal jongetjes stond “née” in plaats van “né” en décédée” in plaats van “décédé”? Een verklaring had An er niet voor. An ontdekte nog niet lang geleden, onder een struik, het mooie grafmonumentje voor Joséphine Blondeel . Bij Rosalie Loveling , burgerlijke begraven in gewijde grond zegde onze gids “wat komt dat kind hier zoeken?” lees: waarom ligt ze niet in de Westerbegraafplaats? Op het graf voor Dominique Michiels staat een prachtige orante – pleurante van de hand van beeldhouwer Domien Van den Bossche. “Orante – pleurante” wordt door An steevast vertaald in ‘bidder en bleiter”. Een opgekuist grafmonument voor de zusters van Nouveau – Bois . Boven aan de kapel wees An ons op een monument oorspronkelijk bedoeld voor één vrouw. Het monument werd openbaar verkocht en vormt nu de toegang tot de crypte  van de pastoors. Boven de ingang de hand van God .
Een werk uit de beginperiode van beeldhouwer Geo Verbanck  op het graf van een moeder en dochter die stierven binnen één week. Theresa Verhaeghe was een begijntje die oorspronkelijk begraven werd op de Brugse Poort. Zij vereerde Antonius van Padua wat ook te zien is op haar grafmonument. Prudence De Schepper was de echtgenote van kunstschilder Gustave Van de Woestyne. An zegde “ook de dames willen wel wat” en zij toonde Karel Van de Woestyne met zijn prachtige krullenbol. Maar daar stopte het niet bij voor de dames. Auguste Neytwilde wat bijverdienen door te poseren. Hij stond model voor niemand minder Rodin. An toonde Neyt in zijn volle glorie. Een mooie pleureuse, bleiter, op het graf Ridderbosch . Pauline Loveling stond te pronken met de vlam van de vrijzinnigheid op haar graf. In 1926 werd zij als een der eerste vrouwen verkozen in de Gentse gemeenteraad. Het Gentse dierenasiel kwam er door haar toedoen. Zij huwde Louis Buysse en zij zijn de ouders van Cyriel Buysse. Rosa Geinger was toneelspeelster actief in de Minard en in het volkstheater. We eindigden bij kunstenares Cecile Boonans . Tegen die tijd had An ons alle hoeken van het Campo Santo, sorry van het kerkhof van Sint-Amandsberg laten zien. Moe maar tevreden namen we afscheid.
Jacques Buermans
 
Foto’s Leen Otte.