Nieuwsbrief Nr. 34 - maart 2007

Tante Kato ging op reis En ze zag het zag “la Tumba de Pakal”


K’inich Janaab’ Pakal * °603; regeerde 615-683 * Palenque, Mexico

Als je de grootste precolombiaanse grafkamer van Mexico wil zien dan moet je naar Palenque in Chiapas. Of beter : dan “moest je”, want de grafkamer is nu meestal gesloten.  Maar er is een reproductie op ware grootte te bewonderen in het immense antropologische museum van Mexico-stad. Wij hadden nog het geluk om Pakals echte graf te zien in 1994 en toen we onlangs terug in Palenque waren, bekroop mij de zin een stukje te schrijven over die voor ons Europeanen totaal onbekende heerser.

Palenque betekent in het Spaans “omheind terrein” en men begrijpt direct waarom: een broeierig, vochtig regenwoud omringt de majestueuze Maya-ruïnes. In 1746 toonden Maya-indianen de plaats aan een Spaanse priester en vanaf dan begon de bal te rollen : met drastische middelen (zeg maar in brand steken en zelfs met kanon wegschieten van de plantengroei waarbij waardevol stucwerk verloren ging) werd de jungle geruimd. Van onder het woekerend geweld kwamen piramides en tempels te voorschijn, die elk een fantasierijke naam kregen. Maar we houden het bij een trapeziumstructuur, in 9 lagen opgebouwd, die “’Templo de las Inscripciones” genoemd wordt.

Bovenop deze ca. 25 m hoge trappenpiramide staat een tempeltje met inscripties, die zorgde voor de naamgeving. In 1949 ontdekte men in dit  “heilige der heiligen” een toegang tot een trap die helemaal naar beneden liep, een unicum in de Maya-wereld. Het duurde drie jaar om de 66 treden te ontruimen. Moderne archeologie is minder drastisch, men gaat veel voorzichtiger te werk en dus duurt het gewoon langer, maar we spreken wel van 300 ton vulmateriaal dat geruimd moest worden. Toen ontdekte men een gewelf, 9 meter lang, 4 m breed en zo ’n 7 m hoog. Bij de ingang van de grafkamers lagen 5 menselijke skeletten, slachtoffers die hun heer moesten vergezellen naar het hiernamaals. Op de muren staan de 9 Heren van de Onderwereld afgebeeld. Nét onder de begane grond was de sarcofaag ingebouwd, die met een monoliet van 3,8 bij 2,2 m en 5 ton zwaar afgesloten werd. De hele sarcofaag weegt trouwens een goeie 15 ton! Op dàt deksel staat in reliëf Pakals vergoddelijking afgebeeld: zijn afdaling in de onderwereld en zijn wedergeboorte als maïsgod. De Maya’s  plaatsen de schepping van de wereld in -naar onze tijdrekening omgerekend- 3114 BC en de eerste mensen werden uit de maïsstengel geboren. Maïs is dan ook de bron van alle leven en de meest noodzakelijke voeding. In de sarcofaag werd het skelet van Pakal gevonden, het gelaat bedekt met een dodenmasker van jademozaïek en het lichaam versierd met hangers en ringen van de zuiverste jade; alles nu ook in Mexico-stad te bewonderen. Via een slangvormig ventilatiesysteem bleef Pakal verbonden met de levenden. 
Dàt moeten we onthouden!

Pakal begon in 675 zijn mausoleum te bouwen: eerst de crypte en later de piramide er omheen. De crypte is een knap staaltje stutwerk, wat ook nodig was om de druk van de steenmassa van de hele piramide te kunnen torsen. Taaie jongens, die Maya’s. Ze wisten van wanden! Pakals zoon en opvolger vervolledigde de bouw. Rond 740 kwam de dynastie in verval en gedurende 1000 jaar kreeg het tropische regenwoud vrij spel. De ontdekking van Pakals graf was in de eerste plaats belangrijk voor de geschiedenis van Palenque maar dankzij deze ontdekking kregen archeologen ook een beter inzicht in de betekenis van de Maya-piramiden in het algemeen. Het verging Pakals graf zoals met vele eeuwenoude afgesloten ruimtes, die plots geopend werden: vochtproblemen en zwetende toeristen berokkenden zoveel schade dat besloten werd de grafkamer nog heel beperkt te openen. Met onze excuses voor de door ons veroorzaakte verontreiniging zo’n 13 jaar geleden.

In 1994 werd vlak naast Pakals mausoleum een graf van een vrouw gevonden. Zijzelf en haar sarcofaag waren met rode verf bewerkt en daarom kreeg het de naam “Tumba de la Reina Roja”. Men wilde maar al te graag geloven dat de Rooie niemand minder was dan Pakals echtgenote of eventueel zijn moeder. Uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat de dame in kwestie ongeveer 100 jaar vroeger leefde en helemaal geen familie was. Wég verhaaltje.

Er doen nog andere grapjes de ronde: als je de tekening van Pakals grafsteen een kwartslag draait, dan lijkt hij wel op een moto te zitten, die met de vlam in de pijp vooruit stormt.  Zo ontstaan fabeltjes over leven op andere planeten, over het hervonden Atlantis en nog veel meer fantasierijke toestanden. Maar ‘t is zo prachtig en vrolijk dat ik het wel even moest aanhalen. 
 

Als u bijgelovig bent, nog dit: volgens de Maya’s wordt de wereld vier maal gecreëerd en vier maal vernietigd. De eerstvolgende keer dat een cyclus eindigt is op 21/12/2012. Ik geloof  er niets van! Het stemt niet overeen met mijn zin voor orde en spelen met numerologie. Ofwel is het 20/12/2012 ofwel 21/12/2112. Die tweede mogelijkheid zullen wij niet meer kunnen checken! Maar die eerste datum schrijf ik alvast in mijn agenda.
 
Tekst en foto's : Tante Kato